top of page

Appelroosjes

 

Nodig :

1 vierkante bodem diepvriesbladerdeeg (30x30)

2 à 3 rode appels, sap van 1/2 limoen of citroen, dibro taartvulling abrikozen, beetje suiker en kaneel.
Afwerking : 45 gr dibro afdekgelei abrikoos + 15 ml water

 

Laat de vellen bladerdeeg ontdooien. Snijd de appels middendoor, zonder te schillen. Verwijder het klokhuis en snij in dunne schijfjes.
Vul een pannetje voor de helft met water en voeg er het sap van de halve limoen of citroen aan toe. Verwarm het water en laat de appelschijfjes erin weken tot ze soepel worden. Giet de schijfjes af op een zeef en laat goed uitlekken. Dep ze droog met keukenpapier.

 

Verwarm de oven op 200°.

 

Snijd het bladerdeeg in reepjes van ongeveer 5 à 6 cm breed. Bedek de reepjes met de abrikozenvulling (niet te dik !) en leg de appelschijfjes met een beetje overlap naast elkaar op de abrikozenvulling aan1 kant van het bladerdeeg. (Reken op een zevental schijfjes per reep bladerdeeg). Het onderste stukje van de halvemaantjes moet een beetje boven het bladerdeeg uitsteken. De onderste stukjes van de halvemaantjes moeten een rechte lijn vormen in het midden van de reepjes bladerdeeg. Bestrooi de appelschijfjes met suiker en kaneel. Vouw de andere helft van het deeg over de vulling. Zorg dat de appelschijfjes minstens een cm boven het deeg uitsteken.

 

Rol de reepjes op en druk de uiteinden goed vast. Zet de appelroosjes in de kuipjes van een muffinvorm met de appelschijfjes naar boven.

 

Bak ze ca. 20 minuten op 200°. Laat ze afkoelen op een rooster. Smelt de afdekgelei met het water in een pannetje en strijk de roosjes licht in met afdekgelei. Strooi er bloemsuiker over en serveer met een bolletje vanille-ijs.

 

 

bottom of page